Rianne Jansen (45) woont in Veenendaal met haar zoon van zestien en kat Joonas. Ze is eigenaar van ELISA^2 , een opleidingscentrum voor mensen met autisme, hun naasten en professionals. Daarnaast is ze mede-initiatiefnemer van Stichting Op Eigen Tenen, die zich inzet om emancipatie bij mensen met autisme te bevorderen. Ze kreeg op haar drieëndertigste de diagnose ASS. Zo ondervond Rianne heel wat prikkelmomenten.
‘Als kind was ik al vaak overprikkeld. Ik moest vroeger een heel eind naar school fietsen en als er dan een vrachtwagen langs reed, kneep ik zo hard in mijn stuur dat mijn handen kapotgingen. Het geluid voelde als een mes in mijn hoofd: het leek alsof de vrachtwagen over mij heen reed. Ik dacht dat iedereen dat had en dat anderen er beter mee om konden gaan.
Ik had vroeger ook de neiging om veel te hard te werken, waardoor ik overprikkeld raakte. Ik kreeg dan migraine en andere lichamelijke klachten, zoals rugpijn. Als kind had ik ook last van onderprikkeling: ik voelde bijvoorbeeld niet dat ik vol zat en bleef daardoor avondeten opscheppen. Daarna lag ik te creperen op de bank van de buikpijn.
Wat mij heel goed heeft geholpen is de mindfulnesstraining van Annelies Spek (klinisch psycholoog en hoofd van het Autisme Expertisecentrum, red.) Hierdoor voel ik mijn lichaam bewuster en gebruik ik mijn zintuigen, door bijvoorbeeld met aandacht te eten en niet voor de televisie. Dit helpt mij signalen van mijn lichaam eerder te herkennen. Nu voel ik bijvoorbeeld beter dat ik slaap heb, terwijl ik me daarvoor hier vaak overheen zette. Dat is voor mij een wereld van verschil geweest. Hierdoor is mijn stressniveau zeker met driekwart afgenomen.
Het geluid voelde als een mes in mijn hoofd
Om te zorgen dat ik niet overprikkeld raak, begin ik de dag niet meer met alles wat moet, maar met goed voor mezelf te zorgen. Ik maak een weekschema waarin ik deze zelfzorgactiviteiten zet. Zo beweeg en mediteer ik elke dag. Ik loop hard, doe dagelijks oefeningen voor mijn rug en beoefen elke dag mindfulness. Daarnaast plan ik leuke vrijetijdsdingen in, zoals naar het museum gaan met een goede vriend en daarna lekker eten. Als ik goed voor mezelf zorg, blijf ik beter in balans. Het grappige is zelfs dat ik uiteindelijk nog meer werk kan verrichten, dan voorheen.’